Ratvang

sinds 1938 een begrip

Bruine Rat

Valt op door zijn stevige bouw, stompe snuit, duidelijk zichtbare oren en een kale staart die wat korter is dan het lichaam (in tegenstelling tot de Zwarte rat). In volwassen stadium 22-30 cm lang en in de meeste gevallen grijs- bruin van kleur, met een lichtere schakering aan de buikzijde. Bruine ratten zijn typische cultuurvolgers, die zich zeer goed aanpassen en door het gehele land voorkomen.

Het zijn goede gravers, klimmers en zwemmers en leven dan ook bij voorkeur in waterrijke omgeving. Zij graven holen in de walkant, maar ook in ruigten, maiskuilen en bij opslagplaatsen van hout en andere materialen. Ook komen zij veel voor in riolen, mest- en gierputten, in stallen, schuren, onder vloeren van gebouwen, alsmede plaatsen met veel voedings-/afvalresten, zoals recreatiegebieden, dierentuinen en ongecontroleerde vuilnisstortplaatsen. Iedere rattenkolonie heeft zijn eigen leefgebied (territorium). De wijfjes brengen gedurende hun leven (gemiddeld 12-18 maanden) maximaal 15 worpen ter wereld (7-10 jongen per worp/nest); in de praktijk komt dit ech- ter neer op 40 voortplantingsvatbare nakomelingen per wijfje. bruine rat

Alhoewel een alleseter, geeft de Bruine rat de voorkeur aan granen, knolgewassen, groenten, fruit, vlees en vis, terwijl soms ook jong vee en pluimvee wordt aangevallen. Bedreiging voor de volksgezondheid door het overbrengen van gevaarlijke ziektekiemen bij mens en dier (vee), zoals ziekte van Weil en paratyfus, varkenspest, pseudovogelpest, tri- chinis, ziekte van Aujeszky e.a. Knaagschade aan o.a. elektrische leidingen, waterleidingbuizen, isolatiemateriaal, houten vloeren, verpakkings- en andere materialen. Bevuiling, versleping en consumptie van voedingsmiddelen (voorraden).

Ratwering: Leefmilieu zo ongunstig mogelijk maken door nestgelegenheden te verwijderen, Afval regelmatig verwijderen; voedingsmiddelen op voor ratten onbereikbare plaatsen be- waren, Toegangswegen (kapotte riolen, gaten in muren en deuren e.d,) dichten.